Mensenrechtenrapportage 2008 Buitenlandse Zaken

De mensenrechten blijven een belangrijk onderdeel in het Nederlandse beleid ten aanzien van Wit-Rusland. Projecten voor mensenrechten en vakbondsrechten worden ondersteund. Schendingen worden bilateraal en via EU besproken met de Wit-Russische autoriteiten. Ook de verdwijningen van Gonchar, Krasovsky, Zakharenko en Zavadsky komen daarbij aan de orde.

Uit Mensenrechtenrapportage 2008 (zie ook  http://www.minbuza.nl/binaries/kamerbrieven-bijlagen/2009/maart/228dmhmr-bijlage-mr-rapportage.pdf ):

Wat betreft Wit-Rusland is de Wit-Russische ambassadeur in Nederland ontboden om bezorgdheid te uiten over het oppakken van demonstranten en vertegenwoordigers van de media en om aan te dringen op vrijlating van de oppositiepoliticus en politieke gevangene Aleksandr Kazoelin. Na diens vrijlating in augustus heeft minister Verhagen op 16 september Kazoelin in Den Haag ontvangen. Op 13 oktober heeft de RAZEB het EU-sanctieregime ten aanzien van Wit-Rusland aangepast. Nederland heeft bij deze gelegenheid bewerkstelligd dat gezagsdragers die medeverantwoordelijk worden gesteld voor de verdwijning van een aantal journalisten en publieke personen in 1999 worden uitgezonderd van de opschorting van visumrestricties. Ook werd bereikt dat in de verruimde politieke dialoog met de Wit-Russische autoriteiten de mensenrechten steevast ter sprake komen en dat de EU-Troika daarbij ook met oppositieleiders spreekt. Via het Mensenrechtenfonds wordt onder andere het project  European Radio for Belarus  gesteund, dat voorziet in onafhankelijke informatievoorziening aan een jong publiek. Via het MATRA-programma wordt steun verleend aan mensenrechtenorganisaties en worden projecten op het gebied van vakbondsrechten ondersteund.